Nestlé onderzoekt potentieel voor kweekvlees

Voedingsgigant Nestlé ziet potentieel in kweekvlees en is daarom een samenwerking aangegaan met de Israëlische start-up Future Meat Technologies. Nieuwe technologieën kunnen leiden tot milieuvriendelijker producten, denkt het bedrijf.

Voedzame en duurzame alternatieven

Nestlé evalueert momenteel in samenwerking met verschillende externe partners innovatieve technologieën om kweekvlees of ingrediënten voor kweekvlees te produceren. Dat meldt het bedrijf in een persbericht nadat persagentschap Bloomberg met het nieuws naar buiten kwam. De multinational heeft al een sterke positie in de markt van de plantaardige vleesalternatieven – onder andere met het merk Garden Gourmet – maar wil nog enkele stappen verder gaan.
 

“Als aanvulling op deze inspanningen onderzoeken we ook technologieën die zouden kunnen leiden tot diervriendelijke alternatieven die voedzaam en duurzaam zijn en qua smaak, aroma en textuur dicht in de buurt komen van vlees. We zijn enthousiast om inzicht te krijgen in hun potentieel,” zegt Reinhard Behringer, die het onderzoeksinstituut van Nestlé leidt.

Industriële productiefaciliteit

Eén van de start-ups waarmee Nestlé nu samenwerkt, is Future Meat Technologies, een Israëlisch bedrijf dat vlees weet te “kweken” uit dierlijke cellen. Het productieproces is in grote lijnen vergelijkbaar met het maken van yoghurt of het brouwen van bier: concreet vertrekt men van spiercellen die onder verdoving worden weggesneden bij levende runderen, varkens, kippen of vissen. Deze cellen worden dan verder opgekweekt in bioreactoren. Daardoor zijn er minder land en middelen nodig voor de vleesproductie.
 

Pas enkele weken geleden nam Future Meat Technologies een eerste industriële productiefaciliteit voor kweekvlees in gebruik. De bioreactor kan zo’n 500 kilogram kweekvlees per dag produceren. In 2022 zouden de eerste producten op de markt kunnen komen. Dat lijkt wel erg snel: immers, vooraleer laboratoriumvlees een echte commerciële doorbraak kan forceren, zullen producenten toch nog enkele belangrijke horden moeten nemen op het vlak van kosten, schaal, wetgeving en consumentenvertrouwen.